Wie in dit land getrouwd is maar geen kinderen heeft, wordt in de regel meewarig aangekeken, en bekritiseerd door buurvrouwen en roddelwijven. Aan sociale controle immers geen gebrek. Vooral jonge vrouwen moeten het ontgelden. Het is nog net niet zo erg als ongehuwd zwanger worden, maar het scheelt niet aan. Een jonge vrouw die na enkele jaren huwelijk nog geen kinderen heeft gebaard wordt gezien als een slechte echtgenote, en wordt het mikpunt van spot, of op zijn best misplaatst medelijden. Voor bewuste kinderloosheid, al is het maar voor enkele jaren, is geen enkel begrip.
Vrouwen hebben in Vietnam op economisch gebied het nodige in de melk te brokkelen, en de meeste vrouwen werken een stuk harder dan hun mannelijke collega's of familieleden. Maar dat betekent niet dat het land geëmancipeerd is. Conservatieve seksistische normen en waarden zijn persistent, en worden veelal in stand gehouden door vrouwen zelf. Een vrouw mag werken, om zo het inkomen van haar familie aan te vullen, maar uiteindelijk draait het leven van een Vietnamese vrouw om het vinden van een acceptabele echtgenoot, het zo snel mogelijk produceren van nageslacht (liefst twee kinderen: een jongen en een meisje), en het opvoeden van haar kroost tot hardwerkende, vaderlandslievende burgers.
De imperatief voor jonge echtelieden is dan ook een simpele: seks, zo veel mogelijk, opdat er maar zo snel mogelijk nakomelingen verwekt worden. Bij voorkeur reeds tijdens de (korte) huwelijksreis, zo groot is de urgentie. Het jonge echtpaar, dat natuurlijk niet samenwoonde en geen gemeenschap had vóór het huwelijk, moet plots uit man en macht seksen, met één enkel doel. Kroost. Heeft het stel nog geen eigen huis, hetgeen meestal het geval is, dan dient dat te gebeuren in het huis waar zij tijdelijk wonen: het huis van de ouders van de man. Dat betekent samen leren seksen terwijl schoonmama kritisch meeluistert (want schoonmama wil kleinkinderen, natuurlijk, liever gisteren dan vandaag). Elkaar rustig aftasten en leren kennen - seksueel zowel als emotioneel - is er niet bij. Ik vraag me af of het een goede basis is voor een stabiel huwelijk.
U wilt niet weten hoe vaak wij de afgelopen twee weken gevraagd zijn of er al baby's aan zitten te komen. Tig keren, mijn vrouw nog vaker dan ik. En bijna altijd zijn het Vietnamese vrouwen die het vragen - de meeste Vietnamese mannen lijken niet geïnteresseerd, of hebben ten minste het fatsoen om niet dergelijke vragen te stellen. Hetzelfde geldt voor buitenlanders. Kennelijk beschouwen Vietnameze vrouwen die vraag niet als onbeleefd, zoals ze ook zonder blikken of blozen vragen hoeveel geld je voor je trouwring betaald hebt, om vervolgens doodleuk te beweren dat dat naar hun mening te veel is. Soms zou je willen dat ze hun nieuwsgierigheid op andere zaken zouden botvieren. Op politicologie of kunstgeschiedenis, bijvoorbeeld. Hoe dan ook, zelfs als we al zwanger waren, dan zou ik in dit stadium nog niemand daarvan op de hoogte stellen - zeker geen mensen die ik nauwelijks ken.
Maar de vraag wordt hier als volstrekt legitiem beschouwd. Nagenoeg elke Vietnamese vrouw in onze omgeving die weet dat wij vorige maand getrouwd zijn informeert naar ons nageslacht. Administratieve en academische medewerksters op mijn school komen bij bosjes op me af, en vragen met een ondeugende blik hoe de huwelijksreis was, om vervolgens direct te vragen waar de baby's blijven. Ook sommige van mijn studenten vinden het normaal om hun docent te vragen of hij zijn vrouw reeds heeft weten te bevruchten.
Als het om seksualiteit gaat, wordt er weinig uitgesproken, maar des te meer gesuggereerd. Seks voor het huwelijk is uit den boze, en iedereen lijkt te geloven in de mythe dat die regel inderdaad op grote schaal wordt nageleefd. Maar wie eenmaal getrouwd is wordt geacht dan ook direct veelvuldig te seksen, en wordt daar in nauwelijks verhulde bewoordingen op aangesproken. Geboortebeperking is iets voor oudere echtparen, die reeds twee kinderen op de wereld gezet hebben, niet voor pasgehuwden. Als je jong bent, moet je je vruchtbaarheid bewijzen. En je moet bewijzen dat je een goede echtgenote bent voor de zoon van je schoonmoeder, natuurlijk.
'En, al baby's?' vraagt ze. Ze werkt in het kantoor van mijn school. We werken samen aan de nieuwe toelatingsexamens, maar kennen elkaar nauwelijks.
'Nee, nog niet,' zeg ik. 'Gelukkig.'
'Gelukkig? Hoezo?' vraagt ze door, haar blik vol onbegrip.
'Nou, ik wil nog wel even wachten.'
'Weet je hoeveel dagen wij nodig hadden, na onze bruiloft?'
'Geen idee. Een paar weken?'
'Tien dagen,' verklaart ze trots. 'Tien dagen maar. Toen was ik al zwanger.' Haar ogen flirten.
Ik weet niet wat ik daarop moet antwoorden. 'Dat spijt me voor je' is niet zo'n gepaste reactie. Voor 'gefeliciteerd' is het vermoedelijk een beetje te laat, aangezien haar baby al weer een paar maanden oud is.
'We willen nog geen baby, omdat we eerst meer zekerheid willen. Weten waar we de komende jaren wonen. Een huis, geld,' zeg ik. Ze knikt vaag. Het was niet echt bij haar opgekomen dat er mensen zijn die ooit weg willen uit Hanoi.
'En ik wil geen kind opvoeden in Hanoi. Te veel vervuiling, te vies.' Dat is misschien niet leuk om te zeggen, maar wel eerlijk. Als ik zelf al ziek word van deze stad, terwijl ik toch wel wat gewend ben, hoe moet dat dan zijn voor een baby?
'I see,' zegt ze, maar ik vraag het me af. 'Voor Vietnamezen is het belangrijk om snel een baby te krijgen,' verklaart ze dan. 'Wachten is niet goed.'
De vraag 'waarom niet' blijft in de lucht hangen.
Gaat heen en vermenigvuldigt u, voor volk en vaderland. Dat idee. Maar het blijft me een raadsel, waarom het zo vaak juist vrouwen zijn die de seksistische structuren in stand houden die hun zelfstandigheid en individuele keuzevrijheid ontzeggen.
Geen baby's voor ons, voorlopig.
No comments:
Post a Comment