Monday, 1 March 2010

Verliezen

Ja, ik ben een sportliefhebber, en ik schaam me er niet voor. Sport is lang een van de belangrijkste bijzaken geweest in mijn leven. Ik herinner me nog goed waar ik was toen Nederland in 1996 olympisch volleybalgoud won (op de camping in Appelscha), toen Marianne Timmer in 1998 haar tweede gouden plak pakte (op school, in de kantine in plaats van in het technieklokaal waar ik geacht werd te zijn), en toen Bergkamp in 1998 Nederland op fenomenale wijze langs Argentinië schoot (op de camping in Frankrijk). Het zijn momenten die ik intens beleefde, en nooit zal vergeten. Ik was nog jong en onwetend genoeg om mij te verliezen in onschuldige nationalistische sentimenten, en helemaal uit mijn dak te gaan bij vaderlands sportsucces. Inmiddels voel ik mij iets minder gemakkelijk bij dergelijk patriottisme, maar ik mag nog altijd graag kijken naar een spannende voetbalwedstrijd, een bergetappe in de Tour de France, of de verrichtingen van mijn olympische landgenoten.

http://www.psv.nl/upload/8fd00548-67cd-4890-bda1-b62567bad089_1225796426061-Bergkamp88-4683.jpg

Hoe leuk een Nederlandse overwinning ook is, de blijdschap die het brengt is meestal van relatief korte duur. Een zege is mooi, maar niet half zo mooi als een dramatische nederlaag. Tragedies raken nu eenmaal altijd dieper dan komedies. Dat geldt voor theater, dat geldt voor film, en dat geldt ook voor sport. Een happy end is prettig, maar meestal snel vergeten. Een onverwachte nederlaag daarentegen brengt gevoelens van kwaadheid, teleurstelling en machteloosheid, en is dus dramatisch veel interessanter dan een succesverhaal. Verliezers spreken vaak veel meer tot de verbeelding dan winnaars. Winnaars mogen grandioos en bewonderenswaardig zijn, ze zijn bovenal saai. Een grote winnaar wordt pas interessant als hij verliest. Dan wordt hij namelijk menselijk, en dan pas kunnen we ons met hem identificeren. De schoonheid van sport is dan ook primair gelegen in (de mogelijkheid van) het verlies, niet in de overwinning.

Laten we eerlijk zijn: geen Tour de France was mooier dan die waarin de grote Indurain door het ijs zakte, behalve misschien die waarin de gedrogeerde renners van Festina en TVM als ratten door de politie werden opgejaagd. Die suffe Roger Federer werd plotseling interessant toen Nadal hem versloeg in een Wimbledonfinale, en hij emoties bleek te hebben. Yuri van Gelder was een irritant patsertje, totdat bekend werd dat hij verslaafd is aan cocïne - in één klap werd hij een mooi, kwetsbaar mens. Pijnlijk maar prachtig, hoe kampioenen van weleer Wennemars en Marianne Timmer dit seizoen ten onder gingen. En dan die Chinese hordenloper die de druk van een hele natie moest dragen, en letterlijk in elkaar stortte op de Olympische Spelen in Peking. Wat een drama. Om van te smullen

http://www.standaard.be/Assets/Images_Upload/2008/08/18/xiang.jpg.275.jpg

De mooiste voetbalwedstrijd die ik ooit zag was een FC Groningen-Ajax, in 1995 of '96, toen Ajax nog de beste club ter wereld was (voorwaar lang geleden dus). Mijn cluppie steeg boven zichzelf uit, en was minstens gelijkwaardig aan de verwaande godenzonen uit de hoofdstad, die dat seizoen nog geen wedstrijd verloren hadden. Een sensatie hing in de lucht. Vlak voor tijd stond het 3-3. De gestoorde maar bij vlagen briljante Romano Sion, die een van de beste wedstrijden uit zijn loopbaan speelde, kreeg de bal. Met een fraaie actie speelde hij een verdediger uit, en kwam vrij voor het doel te staan. Zijn schot spatte uiteen op de paal. De rebound kwam terecht voor de voeten van Mariano Bombarda. Zijn inzet was echter te zwak, waardoor Van der Sar redding kon brengen. Uit de tegenaanval, de laatste van de wedstrijd, scoorde Ajax de 3-4. Ik kan me er nog altijd kwaad over maken. 'Galavoorstelling in het Oosterpark', kopte het
Nieuwsblad van het Noorden de volgende dag terecht. Het was een beeldschoon, glorieus, volstrekt onnodig verlies - mooier dan welke onverwachte overwinning ook.

Ook het Nederlands elftal heeft ons in de loop der jaren prachtige smart bezorgd. Het verlies van de wereldtitel in 1974 sprak en spreekt nog altijd oneindig veel meer tot de verbeelding dan de winst van de Europese titel in 1988. De eerste gebeurtenis staat centraal in ons nationale narratief, de tweede is, met alle respect, weinig meer dan een voetnoot. Het verlies van 1974 kwam zo onverwacht en veroorzaakte zo'n nationaal trauma dat het vermoedelijk nooit meer geëvenaard zal worden. Echter, ook in later jaren zou het Nederlands elftal een paar keer geweldig op zijn bek gaan, en de natie slapeloze nachten bezorgen. Wie herinnert zich niet de excommunicatie van Davids en de beroemde gemiste strafschop van Seedorf op het EK van 1996; het strafschoppendrama in de halve finale van het EK 2000 tegen Italië, in eigen huis nog wel; het 1-0 verlies tegen Ierland, waardoor Nederland zich niet kwalificeerde voor het WK van 2002 en Van Gaal van zijn voetstuk donderde; de Wissel van Advocaat (die Robben eruit haalde, waardoor Nederland van Tsjechië verloor) op het EK 2004; het rodekaartenéchec tegen Portugal op het WK 2006; en, last but not least, het ontluisterende verlies-met-rouwbanden tegen Rusland op het afgelopen EK, door het elftal dat daarvoor Frankrijk en Italië vernederd had? Stuk voor stuk prachtige verliezen, stuk voor stuk prachtige verhalen.



Deze Olympische Spelen was het weer raak. Helaas is de hoeveelheid berichtgeving die mij in Zuidoost-Azië over de Spelen in Vancouver bereikt heeft tamelijk gering, maar ik heb mijn best gedaan mij via internet en de samenvattingen op het sportkanaal zo goed mogelijk te informeren, en op de hoogte te blijven van wat er daar zoal gebeurde. Fantastisch, dat verhaal van die bobber die niet naar beneden durfde. Dat is zoiets als een piloot die plotseling hoogtevrees krijgt, of een arts die flauwvalt als hij bloed ziet. Was de beste man gewoon in die slee naar beneden gegaan, dan was hij roemloos als twaalfde geëindigd, en had niemand aandacht aan hem besteed. Nu is hij plotseling wereldberoemd, in Nederland tenminste. Prachtig drama. Het allitereert bovendien lekker, 'De Bange Bobber' - het zou zo de titel van een Suske-en-Wiske-album kunnen zijn.




Maar het mooiste verhaal was natuurlijk wel dat van Sven Kramer en Gerard Kemkers. Ik hoef het hier niet samen te vatten, u weet waar ik het over heb. Wat een tragedie. De beste scenarioschrijver had het niet kunnen verzinnen. En laten we eerlijk zijn: het is het beste dat Kramer kon overkomen. Een over het paard getilde windbuil, die weliswaar uitzonderlijk hard kan schaatsen, maar het ook in zijn bolle kop had gehaald dat hij een van de grootste sporters ooit was - na welgeteld één olympische gouden medaille gewonnen te hebben. Een verwaand joch, dat journalisten schoffeert, vrijwilligers wegduwt en reeds een hagiografie van zichzelf heeft laten maken, als ware hij Koss of Heiden, in plaats van een 23-jarige snotneus. Niet uit te staan.

Tot het moment waarop hij die verkeerde baan indook, en gediskwalificeerd werd. Plotseling werd hij een verliezer, en konden we ons met hem identificeren, en medelijden voor hem voelen. Het gevolg: zijn populariteit nam enorm toe. Nederland hield meer van hem dan ooit tevoren. Had hij een tweede gouden plak gewonnen, dan had hij wat extra rondjes kunnen hossen in het 'Holland Heineken House', hadden we ons als trotse sportliefhebbers even op de vaderlandsche borst geklopt - en was iedereen vervolgens weer overgegaan tot de orde van de dag, waarna Kramer in de vergetelheid verdwenen was, à la Jochem Uytdehaage. Nu niet. Zijn bizarre verlies heeft hem onsterfelijk gemaakt. Hij is ons aller troetelkindje geworden. Als hij wil, kan hij heel rijk worden.

En dan die Gerard Kemkers. Ik heb dat altijd al een mooi personage gevonden. Een man die eruit ziet alsof hij zo uit de negentiende eeuw komt gelopen, compleet met slordige stoppelbaard, wallen onder zijn ogen, en een trage stem. Een Weltschmerz uitademende piekeraar. Het enige dat niet klopt is het trainingsjack - een gehavend, donkerbruin wollen colbertje zou hem beter staan. De verpersoonlijking van de melancholie, de eeuwige buitenstaander, een man die pas zichzelf kan zijn bij guur winterweer, blootgesteld aan de elementen.
Een mooie man, kortom. Maar niet iemand die je voor een NOS-camera moet zetten, en laten interviewen door een overdreven vrolijke sportjournalist. Dat hij, die zich jarenlang heeft weggecijferd voor zijn pupil, nu tot zondebok gemaakt wordt, is even tragisch als onvermijdelijk. Het maakt het drama er alleen maar mooier op.

http://farm4.static.flickr.com/3149/2285179864_039a910441.jpg

En dan het toetje. Die ploegenachtervolging. Ik heb het niet live gezien, maar de drie minuten samenvatting die mijn sportkanaal mij gunde waren pijnlijk genoeg. Verliezen van Amerikanen is altijd vervelend, omdat ze altijd brallen dat ze de beste zijn, maar verliezen van Amerikanen is helemaal vervelend als ze niet eens echt de beste zijn. En weer was het Kramer die verloor. Hij was de leider van het team, hij had ze op sleeptouw moeten nemen. Maar dat gebeurde niet, om de een of andere reden. Na afloop werd er gemopperd over 'miscommunicatie', en kregen zijn collega's de schuld. Lieve hemel, met zijn drieën een aantal rondjes schaatsen en elkaar daarbij af en toe aflossen, is dat nu echt zo moeilijk? Ofwel die schaatsers zijn zo dom als het achtereind van een varken, ofwel die 'miscommunicatie' is een excuus dat ze gebruiken om niet toe te hoeven geven dat ze simpelweg niet goed genoeg waren om goud te winnen. Ik vermoed het tweede, hoewel het eerste natuurlijk ook goed mogelijk is. Hoe dan ook, het was weer een prachtig staaltje verliezen. Altijd mooi, als de huizenhoge favoriet het niet waarmaakt. Helemaal als hij twee dagen daarvoor gediskwalificeerd werd omdat hij de verkeerde baan koos.

Het waren zeer vermakelijke Spelen. Bedankt, Sven.

http://www.nrc.nl/multimedia/dynamic/00273/OLY138_OLYMPICS-SPE_273528e.jpg

2 comments:

  1. Prachtige beschrijving van Kemkers Aike :)

    ReplyDelete
  2. mooi verhaal! Ja, ik weet het ook allemaal nog. Bij de ploegenachtervolging was Nederland echter wel de snelste, en ze hebben nu ook het Olympisch record. Maar ja omdat ze van de VS verloren in de halve finale hebben ze toch maar brons, ondanks dat ze 1,5 sec sneller waren dan de Canadezen. En Noorwegen had helemaal geen medaille, terwijl ze wel de 2e tijd hadden. Ze waren dus wel de snelste, maar niet de beste.

    ReplyDelete