Monday 20 September 2004

De dormitory

Vrijdag was het moment aangebroken dat ik mijn intrek kon nemen in mijn kamertje in het Waseda Hoshien International Students House. Zodoende begaf ik mij met een koffer van ruim 25 kilogram, een kleinere koffer van zo'n 12 kilogram, een koffertje met een laptop erin en een rugtas naar het dichtstbijzijnde metrostation, mijzelf gelukkig prijzend dat de beide koffers ten minste uitgerust waren met een stel wieltjes. Maar zelfs met wieltjes moesten de koffers deels opgetild en voortgetrokken worden, en het was dan ook letterlijk een zware opgave bij het metrostation te geraken. Gelukkig bood een mij passerende Australische artiest aan om één van de beide koffers over te nemen tot bij het station.

Na drie kwartier in de metro gestaan te hebben en een keer te zijn overgestapt, moest ik door middel van een buitenaardse krachtsinspanning met mijn koffers een trap van zo'n vijftig treden beklimmen teneinde het daglicht weer te kunnen aanschouwen. Toen ik met mijn verzuurde armen eindelijk boven aankwam, bleek de dormitory nog 500 meter verderop te liggen...

Om een lang verhaal kort te maken: ik heb ongeveer tien keer gepauzeerd tijdens die 500 meter, maar ik heb het gehaald!



Na ingecheckt te hebben ging ik met de uiterst beleefd Japans sprekende lift naar mijn kamer, die mij aangenaam verraste. Ruim, schoon, en voorzien van een bureau en bureaustoel, een bed en beddegoed, een klerenkast, een boekenkast, een toilet en een grote wastafel. Ook de gedeelde keuken bleek ruim en schoon, en redelijk voorzien van pannen en dergelijke. Verder is er een grote lobby, met onderuitzakbanken, een grote TV en verse kranten. Het geheel ziet er, kortom, boven verwachting goed uit. Natuurlijk, het is een dormitory en het blijven Japanners, dus er zijn een paar absurde regels. Dat we geen logés mogen ontvangen wist ik reeds, maar er is meer. Zo mogen we geen posters ophangen, ook niet met plakband. Immers, plakband is dusdanig aggressief dat het makkelijk onherstelbare beschadigingen aan de muren aan zou kunnen brengen... Ook leuk is de regel dat we ons niet op het balkon mogen bevinden. We hebben allemaal een balkon, maar dat is er niet voor vertier! Neen, het mag alléén betreed worden in het geval van een noodsituatie, zoals een brand, om vervolgens via de naastgelegen balkons de brandtrap te bereiken.

Nederlanders klagen er graag over dat zij zo vaak het object zijn van zinloze regeltjes en daarmee samenhangend bureaucratisch geneuzel, maar wanneer je ze vergelijkt met de Japanse lijkt de Nederlandse regelgeving plotseling opvallend summier...



Eén van de leukste dingen van de dormitory is het bonte gezelschap aan mensen dat er de afgelopen dagen is komen binnendruppelen. Iedereen zit min of meer in dezelfde situatie: net aangekomen in een vreemd land, waar je nog (bijna) niemand kent en niet weet wat er de komende tijd allemaal te gebeuren staat. De meeste mensen staan daardoor heel erg open voor nieuwe contacten. Het is niet nodig om een plekje te verwerven binnen een reeds bestaande sociale structuur, omdat er nog geen sociale structuur is. Er vinden vele nieuwe ontmoetingen plaats, met vele verschillende mensen. Als gevolg van deze situatie zien mensen elkaar niet primair, zoals normaal wel zo vaak het geval is, in relatie tot hun relaties en tot het sociale hokje waarin ze geplaats kunnen worden, maar veeleer als individuen die in dezelfde situatie zitten als zijzelf.

Het is een boeiend proces, het leren kennen van zoveel nieuwe mensen. Banden komen tot stand en ontwikkelen zich vervolgens, voorzichtig doch onmiskenbaar. Dat is mooi om te mogen zien.



En zo sta je dan opeens in een bar in Shibuya met een Fransman, een Duitser, twee Italianen, een Est en een Japanner. Of heb je lunch in een Tendon (gefrituurde vis en groenten met rijst) -restaurantje met een Zwitser, twee Amerikanen, een Noorse, een Franse en iemand uit Hongkong. Of drink je 's avond buiten een biertje met een Canadese Koreaanse, een Finse, een Singaporees en een Spaanse. Iedereen heeft een andere achtergrond, draagt een ander verhaal met zich mee, is hier vanwege andere redenen. Maar de situatie verbindt ons.

We delen onze ervaring, en daarmee delen we automatisch ook een stukje van wie we zijn.



De dormitory begint te leven.

2 comments:

  1. Apart is dat he, als je mensen uit hun bestaande sociale cultuur en omgeving haalt en ze ergens anders in een vreemd land neerzet. Je kent niemand, je moet een andere taal spreken, maar dat verbind je ook met elkaar of niet?
    Ik denk dat het een stuk moeiljker is om kennis te maken met (veel) Japanners, simpelweg omdat zij al in een bestaande cultuur, vriendenkring, school, etc. zitten. En dan blijf je toch liever bij het bekende, bewust of onbewust.
    Ennn, het leuke is trouwens ook dat je veel van die buitenlandse studenten echt leert kennen, met wie je een jaar kunt optrekken. Dan bouw je toch wel een contact op denk ik.
    Nou, veel plezier met alle nieuwe mensen uit andere culturen, en probeer ook Engels of Japans te praten met Fransen en Duitsers, want anders is het wel erg makkelijk voor hen... Ook al weet ik dat het heel leuk is om je frans/duits op te halen! Toen ik wat Fransen tegenkwam was het ook vooral Frans.....
    nouja, genoeg gepraat, ik ga lekker naar huis.
    Groetjes Jinko

    ps het is hier nu echt herfst, regen, wind en bah...

    Mazzelaar!

    ReplyDelete
  2. Oeh, je maakt dat ik ook naar daar wil gaan. Nu ja college van Professor Boot is ook leuk.

    De groeten, Rianne

    ReplyDelete