Japan is een land met een veelzijdige religieuze traditie. De meest invloedrijke religies hier zijn het Boeddhisme, dat in de loop van de geschiedenis verscheidene uiteenlopende specifiek Japanse vormen ontwikkeld heeft, en het Shintō. Beide religies hebben over het algemeen een niet-exclusivistisch karakter, en er is dan ook altijd tot op zekere hoogte sprake geweest van wederzijdse beïnvloeding. Daarnaast kent de Japanse religieuze traditie de nodige neo-confucianistische en sjamanistische invloeden. In de afgelopen anderhalve eeuw is hier nog een groot aantal nieuwe religieuze bewegingen bijgekomen. Binnen dit gehele Japanse religieuze spectrum is het Christendom relatief klein; getalsmatig, ten minste. In tegenstelling tot bijvoorbeeld Zuid-Korea, waar meer dan een kwart van de bevolking christelijk is, is in Japan ongeveer één procent van de bevolking, ruim één miljoen mensen, aangesloten bij een christelijke kerk. Ondanks dit relatief bescheiden aantal leden kent het land een grote variëteit aan denominaties. Afgezien van de rooms-katholieke en verscheidene 'westerse' protestantse kerken die hier vertegenwoordigd zijn bevindt zich hier ook een aantal in de loop van de twintigste eeuw opgekomen zelfstandige Japanse christelijke bewegingen. Verscheidene van deze bewegingen zijn sterk beïnvloed door de wereldwijde opkomst van charismatisch - en pinksterchristendom. Deze kerken hebben, evenals andere nieuwe religieuze bewegingen, over het algemeen een eclectisch karakter, waarbij christelijke en traditionele volksreligieuze elementen gemengd worden. In dit artikel geef ik een korte beschrijving van de geschiedenis van het Christendom in Japan en van dergelijke zelfstandige pinksterbewegingen. Daarna doe ik verslag van het bezoek dat ik zelf recentelijk bracht aan een Japanse pinksterkerk.
Het Christendom werd in de zestiende eeuw in Japan geïntroduceerd door Portugese jezuïeten. Nadat de religie zich aanvankelijk relatief snel verspreid had, met name onder de bevolking en lokale landheren van het zuidelijke eiland Kyūshū, werd ze na de unificatie van Japan in de zeventiende eeuw en de invoering van een sterk isolationistische politiek door het heersende regime (het Tokugawa-shogunaat) om politieke redenen verboden, waarna christenen op bloedige wijze vervolgd werden. In de eeuwen hierna zou het Christendom in Japan (op een paar kleine zuidelijke eilanden, waar zich in het geheim een lokale Maria-cultus ontwikkelde, na) niet bestaan. Het zou tot de tweede helft van de 19e eeuw duren voordat het land zich weer open zou stellen en christelijke aanwezigheid zou tolereren. In 1859 vonden de eerste missionarissen hun weg naar Japan, waarna in 1872 de eerste officiële kerk werd gesticht. In de daaropvolgende decennia vond als gevolg van westerse missieactiviteiten een bescheiden ledengroei plaats. Na een periode van strenge controle en restrictie onder het militaristische regime van de jaren ’30 en ’40 zette deze groei zich in de naoorlogse periode op kleine schaal voort. Momenteel is van de ruim één miljoen christenen in Japan zo’n veertig procent bij een katholieke, en zestig procent bij een protestantse kerk aangesloten.
Het grootste deel van de Japanse christenen is lid van een kerk die banden heeft met een niet-Japanse, meestal westerse, moederkerk. Dit geldt zowel voor katholieke als voor protestantse kerken. Dit mainstream Japanse Christendom heeft over het algemeen een vrij elitair, liberaal, vaak oecumenisch georiënteerd karakter. Echter, er heeft zich hier in de loop van de twintigste eeuw ook een aantal zelfstandige Japanse tradities ontwikkeld, die niet zelden op essentiële punten afwijken van dit mainstream, op westerse leest geschoeide, Christendom. De eerste zelfstandige Japanse christelijke beweging, de Mukyōkai (Nonchurch movement), werd gesticht in 1901 door Uchimura Kanzō. Deze beweging, die grote invloed uit zou gaan oefenen op latere Japanse christelijke bewegingen, wees elke vorm van kerkelijke organisatie en daarbij horende hiërarchie af; gelovigen kwamen bij elkaar in huizen en spraken als gelijken over hun geloof. Uchimura benadrukte de overeenkomsten tussen christelijke ethiek enerzijds en Aziatische tradities als het Confucianisme en het Reine Landboeddhisme, met zijn nadruk op verlossing door middel van oprecht geloof, anderzijds. Dit is een kenmerk dat door de latere bewegingen gedeeld zou worden; in plaats van het volledig afwijzen van de Japanse traditie proberen ze de continuïteit tussen deze traditie en de eigen beweging te benadrukken.
Een fraai voorbeeld hiervan is de Genshi Fukuin (Original Gospel) beweging, gesticht door Teshima Ikurō in 1948, die een sterk eclectisch karakter heeft. Enerzijds is deze charismatische beweging sterk gekleurd door het pinksterchristendom, compleet met een geloof in genezingen door de Heilige Geest en glossolalie; het zogenaamde spreken in tongen als teken van de aanwezigheid van de Heilige Geest. Daarnaast heeft ze een zeer nationalistische theologie die ervan uitgaat dat Japanners het uitverkoren volk zijn en die christelijke ideeën verenigt met Shintō-mythologie, en maakt ze gebruik van esoterisch boeddhistische rituelen als het lopen over vuur. Een soortgelijke beweging is de Sei Iesu Kai (Holy Ecclesia of Jesus), gesticht door Ōtsuki Takeji in 1946. Ook hier zien we een sterk op de Heilige Geest gerichte geloofsbeleving. Een interessant aspect van deze beweging is het feit dat zij een eigen, christelijke variant heeft ontwikkeld op de nembutsu (het herhaaldelijk aanroepen van Amida Boeddha binnen het Reine Landboeddhisme): een tiental vaste bijbelcitaten, waarin God over Zichzelf spreekt, wordt tijdens gebeden en diensten door de gelovigen continu als een mantra herhaald. Een ander voorbeeld van haar eclecticisme is de hoge mate waarin Joodse symbolen en rituelen gebruikt worden in kerkgebouwen en (speciale) erediensten – de beweging heeft tevens een sterk zionistisch karakter waar het (financiële) steun aan de staat Israël betreft.
Nadat ik vorig jaar het boek Christianity Made in Japan: A Study of Indigenous Movements (Honolulu, 1998) van Mark Mullins bestudeerd en enige tijd daarna tijdens een korte reis naar Japan een bijeenkomst van de Sei Iesu Kai bezocht heb interesseer ik mij in dergelijke vormen van niet-westers pinksterchristendom. Toen ik recentelijk door een Japanse vriendin van een vriend werd uitgenodigd om een bezoek te brengen aan haar kerk bedacht ik mij dan ook geen twee keer. Zodoende bezocht ik vorige week een mij tot dan toe onbekende, zelfstandige Japanse pinksterkerk in een voorstadje van Tōkyō. Dit is een weergave van dit bezoek.
De naam van de kerk, Sei Iesu Kyōkai (Heilige Jezus Kerk), lijkt op die van de Sei Iesu Kai, maar dat is toeval; er bestaat geen enkel verband tussen beide kerken. De stralend witte houten kerk, die zo van een plattelandsstadje in Alabama lijkt te zijn komen overvliegen, heeft een tuttig neptorentje met een groot houten kruis erop. Ernaast staan een joekel van een spar en een vlaggenstok met een blauw-wit-groen gestreepte vlag met, andermaal, een kruis. Wanneer we dichterbij komen komt het gejoel van buitenspelende kinderen ons tegemoet. We passeren een speelplaats vol verbaasd kijkende kinderen en betreden dan via een zijdeurtje de kerk. In een ruimte zo groot als een ruime collegezaal zitten zo’n driehonderd mensen met hun hoofd in hun handen op luide toon te brabbelen. Zo af en toe schiet er een stem de hoogte in, maar over het algemeen geschiedt het brabbelen vrij monotoon. Een angstaanjagend zoemend barabarabarabarabara danst door de ruimte, terwijl een paar mensen rondloopt met glaasjes wijn en stukjes brood die her en der aan oplettende brabbelaars worden aangeboden. Het is de eerste keer dat ik driehonderd mensen tegelijkertijd in tongen hoor spreken, en ik moet zeggen, het is een tamelijk indrukwekkend geluid.
Na deze eerste korte onderdompeling in de wondere wereld van de Heilige Geest gaan wij naar het huis achter de kerk, waar een speciale jongerendienst plaatsvindt. We doen onze schoenen uit, betreden het huis en gaan zitten. Behalve wij zijn er ongeveer vijftien andere mensen, iedereen ergens in de twintig. De dienst verloopt weinig anders dan wat ik gewend ben, zij het natuurlijk iets kleinschaliger. Tussen de vrolijke liedjes door houdt een hippe dertiger een vrij ongeïnspireerd verhaal over de plek waar wij ons heil kunnen vinden – het klinkt niet geheel onbekend. Echter, de oproep tot gebed leidt tot een nieuwe collectieve trance – zij het nu van slechts vijftien mensen – gevuld met een luid zoemend barabarabarabara. Ik dacht altijd dat glossolalie inhield dat men plotseling in staat was tot het spreken van vreemde, al dan niet heilige talen die sterk verschillen van de eigen taal. Maar ik bemerk dat de Heilige Geest netjes rekening houdt met het Japanse spraaksysteem; geen onuitspreekbare klanken, en geen gesloten lettergrepen. Toch aardig van die Heilige Geest dat Hij bij het spreken in tongen geen tongenbrekers de revue laat passeren.
Het interessantste deel van de dienst vindt plaats na afloop ervan. Het eerste wat de hippe dertiger doet na het uitspreken van de laatste ‘amen’ is het voorlezen van de regels van de kerk. Niet alleen wordt er expliciet gezegd dat het niet is toegestaan om te trouwen met iemand die geen lid is van de Ware Kerk, er wordt er ook gezegd dat elke vorm van afgodenverering ten strengste verboden is, inclusief het bezoeken van heidense bouwwerken. Dat laatste lijkt mij tamelijk lastig in een land waar overal tempels en heiligdommen zijn, en ik vraag de hippe dertiger hoe dit zit. Is een bezoek aan historisch en architectonisch zeer waardevolle gebouwen verboden? Hij vertelt me dat hij zelf zeer geïnteresseerd is in traditionele architectuur, en dat hij daarom ooit eens een bezoek heeft gebracht aan een tempelstadje. Kort daarna werd hij ziek… Met een veelbetekenende blik kijkt hij me aan. Vervolgens vertelt hij over de christelijke minister-president die ooit het belangrijkste Shintō-heiligdom in Ise bezocht en daar tot de kami (Shintō-goden) gebeden heeft. Hij stierf kort daarna… ‘Daarom?’ vraag ik naïef. ‘Dat durf ik niet te zeggen’, antwoordt de hippe dertiger peinzend. De jongens en meisjes naast ons knikken met grote ogen. Vervolgens komen zij zelf met soortgelijke voorbeelden van de Toorn des Heeren. Ik vraag een meisje wat ze doet als ze naar een museum gaat en daar Boeddha-beelden ziet. ‘Dan loop ik snel door en zeg tegen mezelf: “dit is kunst, dit is kunst”.’
Het moet lastig zijn, als fundamentalistisch christen in Japan te leven. Vandaar zeker dat op belangrijke religieuze plaatsen in Japan (inclusief het keizerlijk paleis) rituelen hebben plaatsgevonden om Satan uit te drijven… Hoe het ook zij, duidelijk werd wel eens te meer hoezeer dergelijke gemeenschappen angst benutten als middel om de gemeenschap bij elkaar te houden.
Het lijkt erop dat de Sei Iesu Kyōkai weliswaar een zelfstandige Japanse kerk is, maar een minder eclectisch karakter heeft dan enkele van de hierboven genoemde bewegingen. De kerk heeft evenals die bewegingen een sterk sektarisch karakter in haar afwijzing van andere kerken en andere religies, maar heeft op het eerste gezicht minder elementen van de Japanse religie in zich opgenomen. Op het eerste gezicht. Want toen ik na afloop verder sprak met het meisje dat me uitgenodigd had, bleek dat er wel degelijk alternatieven zijn voor bepaalde rituelen voor overleden voorouders, om maar eens wat te noemen. Of deze kerk, evenals sommige andere kerken, ook aan postuum dopen doet, weet ik niet. Ook niet of de rituelen voor voorouders op dezelfde dagen en jaren uitgevoerd worden als binnen het Boeddhisme. Maar dit zijn zeker zaken die nog de moeite van het uitzoeken waard zijn.
Insjallah, natuurlijk.
Interessant verhaal! Alleen jammer van de opmerking: "...de Heilige Geest netjes rekening houdt met het Japanse spraaksysteem...". Het is nu net alsof je de draak ermee steekt, en dat terwijl je zelf je verhaal eindigd met: Insjallah (alsof dat wel geloofwaardig is...).
ReplyDeleteBlijf ik met 1 vraagje zitten: waar komt toch dat idee vandaan dat Japanners het 'uitverkoren' volk zijn?? Ik heb dat wel vaker gelezen...
Heilige Geest en glossolalie? Wat is Glossolalie? Nog nooit vangehoord.
ReplyDeleteMmmm vanochtend op de tv het verjaardags feestje van Kim Jong-Il gezien. En ik vroeg me af hoe kan je zo stom zijn achter zo'n debiel en zijn achtelijke ideologie aan te lopen? Kan je niet voor je zelf denken?
Nu weet ik het weer.... Je heb dat overal. Trouwens de japanse presentatoren probeerden ook heel objectief en PC te zijn maar doen dus de bloem kwam die net als de grote leider, een groot hart had en eerlijk en intelligent zou zijn, hielden ze het toch echt niet meer uit. Dus anonymous...., je moet het Aike dan maar niet kwalijk nemen als hij er de draak mee steekt...
Ook een vraagje van mij. Heb je dat soort richtingen ook in het nuchtere Nederland?
Pato
Jazeker, ook in Nederland zijn pinkstergemeentes. En ik kan je verzekeren dat daar onder meer erg vriendelijke en intelligente mensen lid van zijn - evenals van deze Japanse kerk, overigens. Je moet niet vergeten dat één van de belangrijkste eigenschappen van deze kerken de grote nadruk op de gemeenschap is. In moderne samenlevingen waarin sociale controle steeds minder vanzelfsprekend is, kan dat voor veel mensen erg waardevol zijn. Pinksterchristendom is niet voor niets één van de snelst groeiende religies wereldwijd; veel mensen voelen zich er klaarblijkelijk door aangetrokken.
ReplyDelete(Ook vooral, voor de goede orde, in ZUID-Korea... Kim Jong-Illisme (Noord-Korea) lijkt me toch een iets ander 'geloof', waar wellicht nog iets minder sprake is van keuzevrijheid... ;-) )
Ik wil nog even reageren op de eerste comment (van wie?), want daar moet ik denk ik nog wat meer over uitleggen.
Ik steek niet de draak met het gebruik van het spreken in tongen, maar maak wel degelijk een belangrijk punt (met een licht cynische ondertoon, vooruit), namelijk het volgende: Pinkstergemeentes geloven dat het spreken in tongen een heilige gave is. Dit baseren ze op Handelingen 2:1-4. 'Toen de pinksterdag aanbrak, waren ze [de apostelen] allemaal bij elkaar. Plotseling kwam er uit de hemel een geluid alsof er een hevige wind opstak, het vulde het hele huis waar ze zaten. Toen zagen ze iets dat op tongen van vuur leek: het verdeelde zich en daalde op ieder van hen neer. Ze werden allemaal vervuld van de heilige Geest en begonnen te spreken in vreemde talen, zoals de Geest hun te spreken gaf' (Groot Nieuws Bijbel). Vervolgens gingen de apostelen in alle vreemde talen die ze nu spreken konden het Christendom verspreiden. De claim die door deze bewegingen gemaakt wordt is dat wie de goddelijke gave van het in tongen spreken (=glossolalie) beheerst werkelijk andere talen spreekt. Volgens een artikel op de website van de VPE (Verenigde Pinkster- en Evangeliegemeenten) op http://www.vpe.nl/Art_DERUITER_tongen.htm (daar ook meer info over wat glossolalie nu precies is) toont de passage uit Handelingen aan dat 'de Schepper, die alle talen kent en spreekt wilde demonstreren dat het evangelie voor alle volkeren en alle talen is en dat er geen enkele hindernis voor Hem bestaat om zijn dienaren deze heerlijke boodschap te laten communiceren.' Er wordt gezegd dat 'de gave kan voor de bekering van ongelovigen worden gebruikt en is een gezaghebbend teken dat God echt heeft gesproken' en 'de gave is, gecombineerd met die van de vertolking, gelijkwaardig aan de gave van profetie.' Dat zijn nogal wat claims! Vooral de claim dat het spreken in tongen inhoudt dat men door ingrijpen van hogerhand plotseling andere talen spreekt (in hetzelfde artikel wordt ook verhaal gedaan van mensen die plots een Afrikaanse taal of Hebreeuws konden spreken) is tamelijk vergaand... Deze claim trek ik ten twijfel. Ik heb namelijk gehoord dat het spreken in tongen in deze kerk weliswaar geen Japans was, maar dat de gebruikte klanken volledig compatible waren met het Japanse spraaksysteem! Tongentaal is dus kennelijk toch niet zo universeel als geclaimd wordt, en deze mensen waren zeker niet andere bestaande talen aan het spreken.
Let wel: Ik trek niet de oprechtheid van de religieuze ervaring ten twijfel. Ik denk dat een dergelijke vorm van collectief gebed een zeer intense ervaring kan zijn, die de gelovige het gevoel kan geven dichter bij God te zijn. Ik trek wél de claim ten twijfel dat dit een goddelijk wonder is, en dat mensen plots op onverklaabare wijze vreemde talen kunnen spreken.
Hoe het ook zij, vergelijkend taalwetenschappelijk onderzoek naar tongentaal in verschillende landen zie ik met spanning tegemoet!
En wat betreft die idee van het uitverkoren volk... Tja... Me dunkt dat Japanners niet de enige zijn die dit denken. Noem mij een volk dat niet uitverkoren is... Beveiliging van de groepsidentiteit middels religieuze claims?
Komt me bekend voor. Lees het Oude Testament er maar op na...
Wat ik wil zeggen is dat dergelijk religieus nationalisme een tamelijk universeel verschijnsel is. De vraag waarom blijft een interessante, natuurlijk.
Vraagje: wat is niet geloofwaardig aan Insjallah (of: Deo Volente, of: Als God het wil)? Het is toch gewoon een uitdrukking van een bepaalde hoop?
@Pato: nee, ik neem het Aike zeker niet kwalijk ;-)
ReplyDelete@Aike: ik ben de eerste Anonymous ; wij hadden in het verleden ook een discussie over de moord op van Gogh, maar dat ter zijde. Jouw antwoord op mijn commentaar bevestigd mijn vermoeden: je bent het oneens met het feit dat zij Handelingen 2:1-4 i.v.m. brengen met wat zij daar doen; er is volgens jou hierdoor geen bewijs dat God inderdaad tot hen spreekt. Nu ken JIJ dus Handelingen 2:1-4, maar ik ken dat ook. Wat denk je? Zouden zij Handelingen 2:1-4 ook kennen..? Ja, natuurlijk! En dus hebben ze hier ook een 'verklaring' voor (in ieder geval moet je hier ernstig rekening mee houden); ze zullen vast wel een antwoord hebben op jouw (in mijn ogen terechte) kritiek. En dan vind ik dus: OF je onthoudt je van kritiek, OF je luistert ook naar het weerwoord en schrijft daar ook over, OF je schrijft neutraal zonder enige vorm van kritiek; net zoals je 'Insjallah' gebruikt: zonder enige vorm van kritiek.
Ik ken maar 1 groep mensen die 'Insjallah' zeggen, en voor hen is dat niet slechts een loze of inhoudsloze opmerking. Deze mensen denken/geloven dat hun God zich bemoeit en/of geïnteresseerd is in hun leven. De geloofwaardigheid van 'Insjallah' zit hem dus in de vraag of er een God bestaat of niet... geen God = geen 'Insjallah'; geen (echte) God = niet (echt) in tongen spreken. Ik had het dus 'passender' gevonden als je had gesteld dat jij niet helemaal kan begrijpen hoe ze hun ervaringen in verband kunnen brengen met Handelingen.
Laat de lezer de conclusie trekken...
Rene
Mmm lees ik toch net dat ook "mijn" kerk aan aanverwante dingen doet.
ReplyDeletehttp://www.nu.nl/news/484337/21/Universiteit_Vaticaan_biedt_exorcistencursus.html
Schijnt in de mode te zijn.
Bedankt voor de uitleg. Ik heb een vriendin die hier in een van die koreaanse geloofsgemeenschappen zat, werd haar echter te veel en is naar een japanse overgestapt. Heb ik je trouwens al eens van mijn encounter met een servische mevrouw in de woestijn van Utah? Zij sprak ook met god voor mij. Erg grappig. Ik heb ook vrienden in Salt Lake City en ik zie dus jouw punt van de hechte gemeenschap.
Rene: Ik geloof niet dat er iets inhoudslozer is dan Insjallah. Het is gewoon een stopwoordje, net als "kzweer't".
Een vraagje aan jullie beide. Ik heb het gevoel als of jullie allebei grote twijfels hebben bij het idee van religie. Waarom dan toch dit enorme interesse? Ik kan niet zo maar iets uit Handelingen opdreunen.
Pato
Pato: ik weet niet zeker of ik gelijk heb hoor, maar IK gebruik nooit Insjallah, en als je niet gelooft in de God van de Islam dan zal je dat ook nooit zeggen. Hierdoor lijkt me de betekenis van Insjallah toch minder generiek te zijn dan jij suggereert.
ReplyDeleteIk heb geen twijfel over de idee religie (filosofische gesteld), maar ik twijfel wel aan alle religies.
Ik vind Aike heel goed schrijven over dit soort onderwerpen, omdat hij in een bepaald opzicht weet waar het over gaat (religie in z'n algemeenheid) en beseft dat hij over een voor sommige mensen, zeer gevoelig onderwerp schrijft.
Mijn kritiek moet niet te zwaar opgevat worden, maar ik vind dat Aike beter de lezer ZELF tot een bepaalde conclusie kan laten komen dan dat hij door laat schemeren wat ZIJN conclusie is.
Dat ik de Bijbel ken komt trouwens door mijn opvoeding.
Nu ik volwassen ben hecht ik meer waarde aan boeken als ITjing en Te-Tao-Ching, en niet alleen omdat ze veel ouder zijn.
Ach, als kind heb ik meer rare dingen gedaan ;-)
Rene
Net even mijn vriendin gevraagt. Te-tao-ching schijnt van Lao-zi te zijn. Haar comentaar. Net zo iemand als Kong-zi maar dan andersom. Iedereen is in beginsel slecht.... ITjing? is ons niet duidelijk wat dat is. Is dat van dat waarzegger gedoe?
ReplyDeleteIk gebruikt insjallah alleen met mijn moslim vrienden. Zou je ook vaker kunnen gebruiken. Is eigenlijk een heel handig en grappig woord.
Nog een vraagje aan Rene: Als ik godverdomme zeg? Geloof ik dan in god?
Pato
Leuke discussie is het geworden zeg! Bedankt voor jullie reacties. Een paar opmerkingen naar aanleiding ervan:
ReplyDeleteRene, ik snap je kritiek wel over mijn formulering. Maar ik vind toch dat ik me in dit geval wel deze vrijheid kon permitteren. Mijn artikel bestond uit twee stukken; het eerste stuk was een neutrale, korte godsdiensthistorische beschrijving. Het tweede deel, over deze kerk, was een ooggetuigenverslag, met een andere stijl. Wanneer ik mijn observaties weergeef doe ik dat niet neutraal; zoals je vaker op m'n site zult hebben gelezen beschrijf ik ook mijn persoonlijke gedachten en associaties. Dit was zo een gedachte. Ik claim dus voor het tweede deel van het artikel niet zoiets als 'wetenschappelijke objectiviteit' (afgezien van het feit dat de haalbaarheid daarvan sowieso twijfelachtig is) - het is veeleer een subjectieve beschrijving. Voor een 'officiële' paper zou ik inderdaad een iets andere stijl hanteren.
Wat betreft de uitdrukking 'insjallah'. Je zegt: 'IK gebruik nooit Insjallah, en als je niet gelooft in de God van de Islam dan zal je dat ook nooit zeggen.' Dit is volgens mij onjuist. Het woord 'Allah', wat niets anders betekent dan Dieu, Deo, Gott of God, wordt gebruikt door zowel Arabische christenen en joden als door moslims (Jezus, die een vorm van Aramees sprak, gebruikte ook dit woord). Dat geldt dus ook voor de uitdrukking 'als God het wil', dat inderdaad vaak gebruikt wordt zonder de religieuze lading maar veel meer als 'laten we het hopen.' Ik gaf er dus mijn hoop mee aan dat ik nog aan verder onderzoek toekom - de verwijzing naar God vond ik wel gepast, gezien het onderwerp.
Pato, interessant dat je het voorbeeld noemt van die Koreaanse vriendin. De invloed van het christendom op de Koreaanse samenleving is groot; en een aanzienlijk deel daarvan zijn ook vormen van zelfstandig pinksterchristendom (met de nodige sjamanistische invloeden). As a matter of fact, a.s. zondag probeer ik een dienst van zo'n kerk te bezoeken (ik ga een aantal dagen naar Seoul). Dus meer daarover later...
Nog even over I-Tjing en Lao-tse: De I-Tjing is inderdaad een oud orakelboek (verschillende delen stammen uit verschillende eeuwen), een vorm van traditioneel Chinees volksgeloof dat later in de confucianistische canon is opgenomen. Zoiets als tarot of astrologie, althans zo komt het op mij over (je mag me overtuigen van het tegendeel, hoor). De Tao-te ching is een verzameling korte teksten, toegeschreven aan ene Lao Tse (= 'oude meester'), die volgens historici waarschijnlijk nooit echt bestaan heeft; ook deze teksten komen hoogstwaarschijnlijk uit verschillende tijden. Veel teksten hiervan gaan over hoe je een rijk moet regeren (= vooral niet democratisch - het lijkt Plato wel... ;-) ), maar er zijn ook meer metafysische teksten (erg boeiend en diepgaand, absoluut - maar de vraag blijft natuurlijk hoezeer vertalingen van incomplete, oud-Chinese teksten adequaat zijn).
Pato, tot slot iets over mijn persoonlijke interesse voor religie. Die is inderdaad groot (al moet ik wel zeggen dat ik die bijbelpassage niet uit m'n hoofd ken hoor). Ik heb geen twijfels bij het maatschappelijke belang en de invloed van religie en vergelijkbare zaken (bijvoorbeeld nationalisme; ik zie weinig verschillen met religie). Ik denk dat kennis van religie een belangrijke basis kan zijn voor het begrijpen van bepaalde historische, maatschappelijke, politieke processen.
Let wel, ik zie religie fundamenteel als iets positiefs. Ik noem mijzelf ook religieus. Maar ik sta erg kritisch tegenover de absolute waarheidsclaims die bepaalde vertegenwoordigers van bepaalde religies maken - de redenen lijken mij duidelijk. Wat dus niet wegneemt dat ik zeer geïnteresseerd ben in dit soort fundamentalistische vormen van religie - vooral in de vraag waar dit soort bewegingen vandaan komt.
Verbazingwekkend dat jullie het alle twee niet begrijpen...
ReplyDeleteIn het woord insjallah zit het woord: Allah.
Wat is Allah: naam van het Opperwezen in de islamitische wereld (let op: islamitische wereld.., niet gewoon wereld in het algemeen zoals jullie suggereren).
Wat betekent insjallah: gezegd door moslims bij het plannen van activiteiten of bij het uiten van een wens [letterlijk: als God het wil] (het wordt dus alleen door moslims gebruikt).
Mijn vraag is nu niet of een Christen of atheïst het woord insjallah KAN gebruiken (gezien de betekenis), maar of hij het WIL gebruiken.., ondanks het feit dat het woord voor sommige moslims een 'grappig' woord is, ondanks het feit dat sommige moslims het als een woord zien zonder religieuze lading.
Al zou het een niets zeggend en betekenisloos 'stopwoordje' zijn van miljoenen moslims, dan is het nog steeds een woord dat alleen moslims gebruiken, omdat moslims Allah erkennen. Moslims noemen hun God Allah, in de kerk zal je het woord Allah niet horen (wel God).
Maar Pato had dit al bevestigd: hij gebruikt het woord alleen bij moslim vrienden.
Uit het feit dat jij insjallah gebruikt Aike, concludeer ik dat jij moslim bent.
Klopt dit?
Zoals ik, en van Dale woordenboek al aangaven: alleen moslims gebruiken het woord.
Op z'n best is insjallah dus een algemeen woord(je) in de islamitische wereld.
En persoonlijk ben ik erg blij dat de wereld niet in z'n geheel islamitisch is.
Verbazingwekkend dat jullie het alle twee niet begrijpen, of komt dit misschien omdat jullie alle twee moslims zijn?
OK I-Tjing en de ouwe knakkers werk is dus inderdaad ongeveer wat ik gedacht had. Trouwens toevallig net wat van Confucius gelezen (paar honderd hoofdstukjes van ongeveer een regel). Wat een gelul staat daar zo af en toe in.
ReplyDeleteIk zie dus ook dat jullie uit verschillende kanten naar religies kijken. Bedankt. Mijn interesse is niet zo sterk maar meer uit de richting van Aike. Ik ben het 100% met je eens dat religie je helpt mensen en hun acties in deze wereld te begrijpen. Terwijl ik het gevoel heb Rene meer op zoek is naar iets voor hem zelf... (correct me if I am wrong).
Rene: Allah is gewoon Arabisch voor god. Ik zie daar geen verschil in. Voor mij en ik denk ook voor Aike is een andere taal gewoon andere manier van communicatie. Kamisama, god, Gott, dieu, allah is het zelfde woord.
(Mmmm we zouden eigenlijk een Arabische versie van de bijbel moeten vinden.)
Trouwens zoals ik het altijd begrepen heb is de koran in grote lijnen "backward compatible" met de bijbel die dat weer is met joodse geschriften. (LDS is later dan mohammed maar niet backward compatible, maar weer wel met de bijbel) Is dat dan niet allemaal dezelfde (interpretatie van) god?
Voor de goede orde, ik ben geen moslim, hoewel een zeer religeuse moslim vriend van mij wel vertelde dat, afgezien van de rituelen, ik een betere moslim was dan hem......
Ps dat was ik, Pato. En allebei bedankt voor de interessante discussie.
ReplyDeleteDan heeft Van Dale het fout. Niet alleen moslims gebruiken het woord. Een Libanese kennis van me, Maroniet christelijk, gebruikt de uitdrukking 'insjallah' - evenals zijn vrienden, die sjiitisch, Druus, soennitisch, oosters orthodox zijn... Het is een uitdrukking uit de Arabische taal - die weliswaar overgenomen is door niet-Arabische moslims, maar nog steeds evengoed door niet-islamitische Arabieren gebruikt wordt.
ReplyDelete'In de kerk zal je het woord Allah niet horen'. Ook fout. In kerken in Libanon (waar 40 % van de bevolking christelijk is), Syrië, Palestina, Jordanië, Egypte, Marokko et cetera wordt netjes over Allah gesproken (mits de voertaal Arabisch is natuurlijk, wat niet altijd zo is, maar dat is om lithurgische redenen). Dus wat Pato zegt is precies mijn punt. Ander taal, ander woord, zelfde concept (in Arabische bijbelvertalingen staat ook 'Allah').
Hoe graag mensen van beide kanten ook het tegendeel beweren: De God van het Christendom, het Jodendom en de Islam is dezelfde. Het is de God van Abraham (Ibrahim); het komt voort uit een en dezelfde monotheïstische nomadenstam. Er zijn natuurlijk verschillen in de profeten die erkend worden en de mate van goddelijkheid - maar het Opperwezen is in essentie dezelfde. Historisch zowel als conceptueel.
Of ik een moslim ben laat ik aan anderen ter beoordeling... Als ik al een ben hou ik me in elk geval niet aan de rituelen en voorschriften. ;-)