Afgelopen zondag was het internationale vrouwendag. Het is een dag die in Nederland onopgemerkt aan de meeste mensen voorbij is gegaan, als elk jaar. Ten onrechte. Nog steeds zijn wereldwijd honderden miljoenen vrouwen structureel slachtoffer van (huiselijk) geweld, onderdrukking en discriminatie. Nog steeds is verkrachting een gangbare oorlogsstrategie in grote delen van de wereld. Nog steeds komen genitale verminking van jonge vrouwen (het eufemisme: 'vrouwenbesnijdenis' ) en het vermoorden van vrouwelijke familieleden omdat ze verliefd zijn op een persoon die de familie niet bevalt, of, nog erger, omdat ze de 'familie-eer geschonden hebben' door verkracht te zijn (het eufemisme: 'eerwraak' ) op grote schaal voor in delen van Afrika en Azie, en onder migrantengemeenschappen in Europa. Nog steeds is het vermoorden van pasgeboren meisjes een algemeen geaccepteerd gebruik in landen met veel armoede, of met een een-kind beleid. Kortom, de mishandeling van en het geweld jegens vrouwen zijn immens, en daar is veel en veel te weinig aandacht voor.
Ook in het zogenaamde 'verlichte' West-Europa zorgen diepgewortelde sekstische normen en arbeidspatronen ervoor dat vrouwen politiek en economisch een marginale rol blijven spelen. Verreweg de meeste invloedrijke posities in het bedrijfsleven, de politiek en de wetenschap werden en worden ingenomen door mannen. Het percentage vrouwelijke topambtenaren, hoogleraren, commissarissen van multinationals en dergelijke is bedroevend laag in de meeste Europese landen - niet in het minst in Nederland. De mythe van een progressief, tolerant landje was reeds doorgeprikt waar het immigratie en multiculturaliteit betreft; maar ook op het gebied van emancipatie is Nederland bepaald geen voortrekker te noemen. Ik ken ze, ik kan ze aan u voorstellen: de hoogopgeleide, talentvolle jonge vrouwen die afzien van een serieuze maatschappelijke carriere omdat dat praktisch onverenigbaar is met de zorg voor een familie, of omdat ze geen zin hebben om hun ellebogen voortdurend in te moeten zetten. Sommige van hen verdedigen zelfs de seksistische 'vrouwen willen zogen, laat ze'-ideologie van reactionaire mythemakers als Andreas Kinneging en Andre Rouvoet. De samenleving verspilt zo kostbaar intellectueel kapitaal. En, kwalijker: de macht blijft stevig in handen van mannen, nationaal zowel als wereldwijd. Zo blijven competititiviteit, grootsheidswaanzin, wantrouwen en assertiviteit de (mannelijke) waarden waarop ons economische en politieke systeem zijn gestoeld - en oorlog, uitbuiting en systematische discriminatie de noodzakelijke gevolgen.
Machtsverhoudingen behoeven ideologische legitimatie, per definitie. Dat geldt zeker voor man-vrouw verhoudingen. Nu is een ideologische legitimatie van bovennatuurlijke aard in principe sterker dan een seculiere, mits de mythen en de religieuze praktijken waardoor deze bevestigd worden algemeen geaccepteerd zijn. Wie God bezit, bezit de macht, en vice versa. Immers, God zelf is monddood, dus wie over Hem praten hebben de macht, zolang er naar ze geluisterd wordt. Zij bepalen wat goed en kwaad heet, zij sanctioneren politieke en sociale structuren. Het is dan ook weinig verwonderlijk dat veel ideologische legitimaties voor de onderdrukking van vrouwen van religieuze aard zijn. Een paar bekende voorbeelden: de vrouw veroorzaakte de zondeval, omdat zij zwak is en een slaaf van haar impulsen (jodendom en christendom); de vrouw dient zich te bedekken en terug te trekken uit het publieke leven, en heeft minder rechten dan de man, zo heeft God beschikt (islam); de vrouw is intrinsiek zwak, probeert de man te verleiden het juiste pad te verlaten, en is niet in staat tot het bereiken van verlichting (boeddhisme).
Een van de meest seksistische ideologieen is wel het confucianisme, dat stelt dat vrouwen geen publieke functies dienen te bekleden; dat zij minderwaardig en ondergeschikt zijn aan hun mannelijke familieleden en hen derhalve in alles moeten gehoorzamen; maar dat zij niettemin de welhaast volledige verantwoordelijkheid voor het welzijn van hun familie dragen. Nu zijn confucianistische patronen diepgeworteld in veel Aziatische samenlevingen. De realiteit is hier dan ook vaak dat vrouwen keihard moeten werken, zowel in- als buitenshuis, maar desalniettemin juridisch en politiek ondergeschikt zijn aan mannen. Wie door Azie reist kan niet anders dan bewondering krijgen voor de vele hardwerkende vrouwen die hij ziet; al die vrouwen die van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat bezig zijn geld te verdienen voor hun familie, terwijl ze ook nog voor kinderen moeten zorgen en het huis schoonhouden. En hij kan ook niet anders dan zich vertwijfeld afvragen waarom zoveel mannen hier het grootste deel van de dag geen flikker uit lijken te voeren.
Maar dit verhaal krijgt geen zwarte, pessimistische conclusie. Integendeel. Dit verhaal gaat eindigen met een ander verhaaltje, een naar ik hoop hoopgevend verhaaltje, dat ik voor jullie geschreven heb in het kader van internationale vrouwendag. Het is een klein en onbeduidend gebaar, maar toch. Zie het als een bescheiden uiting van bewondering voor al die vrouwen die hun hoofd omhoog houden. Voor al die mooie, dappere, sterke, wijze, bange, oude, jonge, dikke en dunne vrouwen op de wereld, al die vrouwen die ik bewonder. Zonder agenda, beloofd.
Dit is hoe het echt gegaan is.
GENESIS
In den beginne schiep God de hemel en de aarde. De aarde nu was woest en ledig, en duisternis was in de afgrond, en de Geest Gods zweefde over de wateren.
En God zei: 'er zij licht!' En er was licht. En God zag, dat het goed was. En God noemde het licht dag, en de duisternis nacht. En toen was de eerste dag ook direct voorbij. God was moe, en ging slapen.
De volgende dag schiep God de hemel, en de zee; de bergen, en de rivieren; het strand, en de bossen. En God kreeg de smaak te pakken, en schiep de fjorden, de canyons en de rotswoestijnen. En God zag, dat het goed was.
De derde dag stond God op, en keek naar alle mooie dingen. Ze waren nog wat leeg. En God schiep de vissen in de zee, de vogels in de bomen, en de kriebel- en kronkelbeestjes in het zand. En God zag, dat het goed was.
God werd steeds beter in scheppen, en schiep de paarden en de olifanten, de sabeltandtijgers en de dinosaurussen, de gordeldieren en de tapirs. Als klap op de vuurpijl schiep God de blauwe vinvissen. En God was moe maar voldaan, en de vierde dag was voorbij.
Maar op de vijfde dag voelde God zich een beetje eenzaam. God miste iemand om mee te praten, een vriend. En God schiep de mens, en noemde hem Adam. En de vijfde dag was voorbij, en God ging slapen, maar niet na 'welterusten, Adam' gezegd te hebben. En God dacht, dat het goed was.
Adam bekeek zichzelf in het water. Hij was niet ontevreden met zichzelf. Hij had een mooie volle baard, witte tanden, schone nagels en gespierde armen en benen. 'Ik ben zo mooi,' dacht Adam, 'ik moet wel op God lijken. God heeft mij naar Zijn evenbeeld geschapen.'
En Adam liep rond, en hij zag de kriebel- en kronkelbeestjes in het zand, en de vogels in de bomen. Hij zag de sabeltandtijger en het gordeldier. 'Ik lijk op God,' zei Adam, 'maar jullie niet. Want ik kan praten, maar jullie niet. Dat betekent dat jullie mij moeten gehoorzamen. Ik ben de vervolmaking van de Schepping.' En Adam was heel blij met zichzelf.
Toen voelde hij iets onder zijn voet. Het was een kriebelbeestje, maar nu was het dood, want Adam had erop getrapt. Adam werd boos. 'Waarom loop je in mijn weg!' brulde hij. 'Nu heb je mijn voet, geschapen naar Gods evenbeeld, bezoedeld! Nu zit jouw vieze zwarte lijkje op mijn voetzool!' En Adam ging naar de rivier, om zich te wassen.
Toen hij bij de rivier was, zag hij een vis. Hij pakte de vis in zijn hand. 'Wat doe jij hier in mijn rivier?' vroeg Adam. 'Dit is mijn rivier, God heeft mij de rivier beloofd. En het land heeft hij mij ook beloofd. Dus alle dieren moeten mij gehoorzamen.' Hij at de vis op. En alle dieren werden bang.
God riep Adam. 'Adam, Ik wil met je praten, je begrijpt het niet!' Maar Adam hoorde het niet, want Adam had het te druk met het commanderen van de dieren. God was verdrietig. God had iemand geschapen om mee te praten, maar voelde zich nu nog eenzamer dan eerst. 'Ik heb een fout gemaakt,' dacht God. 'Ik heb de mens het vermogen gegeven te spreken en te denken, maar niet het vermogen te luisteren en lief te hebben. Hoe kan Ik dit goedmaken?'
God dacht na. 'Als Ik nu een tweede mens maak... een mens die wel kan luisteren en liefhebben, en die Adam kan leren hoe dat moet.' En God schiep de tweede mens, en God noemde haar Eva. Ze was nog mooier dan de eerste.
Adam zag Eva. Ze was beeldschoon. Adam ging naar haar toe. 'Ik ben Adam,' zei hij, 'en jij moet mij gehoorzamen, want ik ben naar Gods evenbeeld geschapen.' Eva keek hem aan. Ze lachte. 'Rustig maar,' zei ze. 'Ga maar slapen. De zesde dag is bijna voorbij. Nu is het tijd om te rusten.'
Adam begreep niet wat ze bedoelde. Haar lach maakte hem bang. Wie was dit? 'Wie ben jij?' vroeg hij.
'Ik ben Eva,' zei Eva. ' Ik wil graag je vriendin zijn. Ik wil graag je verhalen horen, als jij de mijne ook wilt horen.' Adam wist niet wat hij moest zeggen. Ze was beeldschoon. Haar ogen leken dwars door hem heen te kijken. Ze had lange haren, en haar lichaam was zoveel ronder en mooier dan het zijne. Plotseling schaamde hij zich voor zijn eigen hoekige lichaam, en voor de haren op zijn gezicht en borstkas. Voor het eerst in zijn leven voelde hij zich lelijk.
'Ga weg!' riep Adam. 'Ik wil je niet zien, ik wil niets met je te maken hebben!' Dat was niet waar: hij wilde niets liever dan bij haar zijn, naar haar kijken, en haar vreemde lichaam voelen. Maar dat durfde hij niet te zeggen. 'Ga weg!' riep hij kwaad. Eva werd bang, en rende weg. Ze moest huilen. Waarom wilde hij niet naar haar verhalen luisteren? Waarom maakte hij haar bang?
God riep ze, maar werd niet verstaan. Adam en Eva hadden het te druk met elkaar om God nog te kunnen horen.
'Hoe is het mogelijk,' dacht Adam, 'dat ze zo op me lijkt, maar toch zo anders is? We hebben allebei twee ogen, een neus, en een mond; we hebben evenveel vingers en evenveel tenen; we hebben allebei een navel. We spreken dezelfde taal, maar toch begrijpen we elkaar niet. Waarom accepteert ze mijn gezag niet? Waarom is ze mooier dan ik!?'
Hij ging naar haar toe. Ze was opgehouden met huilen. Ze had honger gekregen, en had een stuk fruit geplukt dat ze in een boom had zien hangen. Het smaakte heerlijk. Toen Adam zag hoe ze genoot van de hem onbekende vrucht, werd hij razend. Hoe kon zij genieten van iets, dat hij niet kende? Waarom had ze hem niet eerst gevraagd of ze van die boom mocht eten?
'Waarom heb je mij niet gevraagd of je van die boom mocht eten?' riep Adam. 'Dat is niet zomaar een boom, dat is een heilige boom! Die vrucht is verboden om op te eten, dat heeft God mij zelf gezegd!' Eva schrok. Dat wist ze niet. Maar hoe kon iets, dat zo lekker smaakte, dat zoet en zuur was en de dorst leste, verboden zijn? Gunde God hun het goede van de Schepping niet?
'Nu zal God altijd boos op ons blijven,' sprak Adam streng. 'Op ons, en op ons nageslacht. En dat is jouw schuld. Vanaf nu moet je me gehoorzamen, opdat je niet nogmaals zult zondigen. Vanaf nu ben je mijn bezit. Als je weigert, zal ik je doden, als was je een kriebelbeestje. Als je me volgt, zal ik goed voor je zijn. Hoe dan ook, we moeten vluchten, weg van de boom Gods, want God wil ons hier niet meer zien.'
Eva was bang. Ze wilde niet dood. Hij zag er gevaarlijk uit, en sterk. Ze wilde niet vechten. Ze wilde hem leren kennen, ze wilde zien wat er achter die harde ogen schuilging. Misschien, als ze hem volgde, zou ze hem stapje voor stapje kunnen leren luisteren, kunnen leren liefhebben.
'Akkoord, ik ga mee,' zei ze. En Adam en Eva verlieten de plek waar ze elkaar hadden leren kennen, en gingen op de vlucht, op de vlucht voor een kwade God, die ze zich inbeeldden.
En God zag Haar kinderen wegrennen, en moest een traantje wegpinken. Maar God wist, dat ouders hun kinderen los moeten leren laten, en dat kinderen soms de stemmen van hun ouders niet verstaan. En God wist, dat ze niet perfect waren, verre van dat - maar Ze hoopte dat ze zouden leren om elkaar te begrijpen en lief te hebben, en dat ze elkaar niet te veel pijn zouden doen.
En Adam vertelde aan zijn kinderen het verhaal van de heilige boom, en van Eva's schuld, en van de kwade God. Eva sloeg haar ogen neer, en zei niets.
En de kinderen vertelden het verhaal van de boom en de vrucht door aan hun kinderen, en die weer aan hun kinderen, en die weer aan hun kinderen. En niemand wist meer hoe het echt gegaan was.
Eerdere reacties:
ReplyDeleteFred, 12 maart 2009:
Totdat....
Reinier, 12 maart 2009:
Yo Aike,
Lekker verhaal. Het is waar, over hun macht: uiteindelijk zijn wij mannen allemaal zwak bij hen. Maar ja, dat is toch ook vice versa. Als je aan iemands oordeel hecht, ben je haar (of zijn) gevangene. Dat is met alle tweeverhoudingen: er is nu eenmaal afhankelijkheid, en dus geen ongedeelde macht...
Dat is tevens wat het mooi maakt, maar 't is ook verdraaid lastig, irritant en frustrerend wanneer de machtsdeling niet settelen wil :)
johannes, 13 maart 2009:
mijn hemel, Aike, wat een mannelijke Selbsthass! waarom? zijn vrouwen betere wezens dan mannen? ze slaan zich in de handen van vreugde en leedvermaak als ze je zo zien kronkelen. wie vertellen de verhalen van geslacht op geslacht? moeders en grootmoeders. het is goed dat er aandacht voor genderkwesties bestaat, maar cultuur is volgens mij ingewikkelder dan in een paar al dan niet feministische (of al dan niet zo bedoelde) schema's kan worden weergegeven.
Aike, 14 maart 2009:
Ik had wel verwacht dat mijn verhaal tegenstrijdige reacties zou oproepen. Het is natuurlijk tamelijk uitgesproken en eenzijdig, en er is wel het nodige tegenin te brengen, of op zijn minst te nuanceren. Ik zal de eerste zijn om dat te beamen.
Ik sta echter wel degelijk achter de strekking. Ik denk dat het geweld dat mannen vrouwen aandoen en aan hebben gedaan vele malen groter is dan vice versa. Dat betekent niet dat alle vrouwen heilig zijn, dat er geen vrouwen zijn met bloed aan hun handen, of dat vrouwen niet soms medeplichtig zijn aan het leed dat hen aangedaan wordt. Maar ik denk dat er wel een kern van waarheid zit in veel feministische kritiek, dat vrouwen nog steeds een achtergestelde positie hebben, en op veel plaatsen niet of nauwelijks een stem hebben.
Daarmee ben ik nog geen feminist, want veel feministen gaan wel heel erg lijken op de monsters die ze bestrijden. Sta me toe te verwijzen naar een eerder verhaal ter illustratie (http://iwatabi.waarbenjij.nu/Bericht/?Verenigd+Koninkrijk/Moderne+godinnen/&subdomain=iwatabi&module=site&page=message&id=2242564). Maar dat terzijde.
Belangrijker: het betekent niet dat ik cultuur wil reduceren tot een paar semi-feministische schema's - of, for that matter, tot wat voor schema's dan ook. Ik denk dat geen enkele reductionistische theorie adequaat cultuur kan duiden. Sterker nog, ik heb mijn twijfels bij elke overkoepelende cultuurtheorie, welk label die ook draagt. Ik ben het namelijk volledig met je eens dat cultuur uitermate gecompliceerd is. Maar mijn essay heeft dan ook helemaal niet de pretentie een uitspraak te doen over 'cultuur' als zodanig. Het is louter een kritiek op een enkel aspect, namelijk genderverhoudingen, en het verband tussen macht, geweld en seksualiteit. Het is een kritiek, geen poging tot verklaring - dat zijn verschillende dingen.
Dus waarom schreef ik dit? Een optelsom, waarschijnlijk. Verschillende dingen. Kwaadheid over het massale verkrachten van vrouwen in oorlogssituaties - in Cambodja en Vietnam bijvoorbeeld, waar ik me de afgelopen weken tamelijk intensief in heb verdiept. En dan lees je ergens een artikel over wat er de afgelopen jaren in Sudan is gebeurd... Ik weet, het is misschien abstract en ver weg, maar het zijn wel 'gewone' mannen die wanneer de situatie verandert plotseling in monsters veranderen. Maar ook gesprekken met jonge vrouwen hier, over huiselijk geweld, over verplichtingen, over belemmeringen. En ook de bosjes volgevreten sekstoeristen die ik de afgelopen maanden voorbij heb zien waggelen. En de seksistische mythen en structuren die de revue passeren als je religie bestudeert. Enzovoorts.
En inderdaad, je hebt gelijk: de vrouwen en de grootmoeders vertellen de verhalen ook door. Helemaal mee eens. Daarom schreef ik ook: 'En de kinderen vertelden het verhaal van de boom en de vrucht door aan hun kinderen, en die weer aan hun kinderen, en die weer aan hun kinderen.' De dames niet uitgezonderd! Seksistische patronen worden evengoed in stand gehouden door vrouwen als door mannen, dat is een terechte nuancering.
Maar er is niets mis mee eeuwenoude mythen zo nu en dan te hervertellen vanuit een verschillend perspectief. Dat houdt ze immers levend!
En ach, als ik mijn vrouwelijke lezers daarmee 'vreugde en leedvermaak' bezorg, so be it. Dat kleine pleziertje gun ik ze wel... ;)
Bram, 17 maart 2009:
Prachtige hervertelling van Genesis! Ik geloof nog steeds dat dergelijke epische verhalen op allerlei manieren kunnen worden geïnterpreteerd en voor een groot deel een product van hun tijd zijn, en deze interpretatie en aanpassing aan hedendaagse inzichten lijken mij een goede aanvulling op wat we zo gewend zijn te horen.
Op 10 maart sprak de Nederlandse Ambassadrice (Renée Jones-Bos) op de George Washington Universiteit over women's rights, dus de vaak onfortuinlijke positie van vrouwen wordt gelukkig ook in diplomatieke/ academische kringen erkent. Hopelijk op een grotere schaal in de nabije toekomst!
Linda, 18 maart 2009:
Hoi Aike,
mooi verhaal. Ik had het al een paar dagen eerder gelezen, maar ik wilde het even tot mij door laten dringen. Je weet ook dat gender en alles wat daar bij hoort, een onderwerp is wat ik er boeiend vind. Ik ben blij dat je hervertelling van Genesis eigenlijk positiever is dan het origineel. Jammer van het einde alleen. Ik denk dat het vaak zo is dat we degenen die we niet begrijpen, maar vaak wel willen leren kennen, pijn doen om ze zo te bewegen tot voor ons begrijpelijk gedrag en denkwijze. Vaak verschillen mannen en vrouwen in die dingen, en dan is het erg makkelijk om elkaar verkeerd te begrijpen, waardoor je elkaar pijn doet of wil doen uit onmacht. Ook vanuit onmacht vanwege de situatie waarin men verkeert, en waarin men zich wil afreageren op iemand. Dus mannen op vrouwen, maar net zo goed andersom natuurlijk.
Ik ben het uiteraard met je eens dat vrouwen, zelfs in het relatief 'moderne' (wat dat ook moge betekenen)westen, nog steeds in een achterstandspositie verkeren. Het is erg makkelijk om dat alleen op het conto van de 'man' te schrijven. Het ligt natuurlijk veel complexer. Maar dat weet jij ook wel. Ik ben het dan met veel feministen niet eens, maar feit is wel dat overal ter wereld vooral vrouwen in een ondergeschikte/achtergestelde positie verkeren. Hoe dat ook komt, het moet opgelost worden.
Bedankt dat je hier aandacht aan schenkt.
Liefs, Lin
Rachelle, 22 maart 2009:
Boeiend verhaal Aike, heb het even bij de dames van de leesclub ter discussie aangeboden ;) http://beverburcht.blogspot.com
Aike, 23 maart 2009:
Leuk, bedankt! :)
Ik vraag me af of sommige van hen zich zullen herkennen in de beschrijving: "hoogopgeleide, talentvolle jonge vrouwen die afzien van een serieuze maatschappelijke carriere omdat dat praktisch onverenigbaar is met de zorg voor een familie, of omdat ze geen zin hebben om hun ellebogen voortdurend in te moeten zetten"...
Dick, 27 maart 2009:
Mooi verhaal heb ik nu ook even gelezen.Je bent een echte SCHRIJVER!
HOI