Monday, 6 August 2007

Een stadswandeling

Aleppo is sneller, drukker en bedrijviger dan Damascus. In een traag tempo dromerig ronddrentelen is hier niet mogelijk, omdat men dan binnen de kortste keren omver gelopen wordt. In de nauwe steegjes van de souq is het een komen en gaan van jongetjes met karren en op fietsen, bestelbusjes die allemaal de lambada piepen wanneer ze achteruitrijden (wat ze nogal eens doen), winkelende dames van wie de gezichten schuilgaan achter stukken zwarte stof (hetgeen hen niet belet zonodig hun ellebogen te gebruiken), Irakezen die een centje bijverdienen door zware zakken van hier naar daar te tillen, verdwaasd rondkijkende toeristen die zich misschien wel een tapijt willen laten aansmeren, en een enkele verdwaalde muilezel. Buiten de souq toeteren de taxi's luider dan hun collega's in Damascus, lopen goedgeklede regeljongens je van je voeten zodra je een seconde stilstaat om een foto te maken van een fraaie gevel, en is voor het oversteken van een willekeurige weg een lichte mate van suicidaliteit vereist. Er wordt gehandeld, gewinkeld, geklust, getransporteerd, gehaast en gewerkt. Aleppo heeft haast.

Aleppo is sneller en minder vriendelijk dan Damascus, maar zit minstens even vol met prachtige plekjes, gebouwen en straatjes. De schoonheid zit hier niet in het grootse, maar in de details. Verborgen poortjes en tunneltjes en fraai gegraveerde gevels en prachtig versierde houten deuren en hekwerken van gietijzeren krullen en uitstekende, licht vervallen houten balkons en sprookjesachtige lantaarns en schitterende verstopte binnenplaatsjes en oude khans waar nu goedkope Chinese schoenen verkocht worden - een wandeling door Aleppo is een architectonische ontdekkingstocht. Soms wou ik dat ik gewoon architectuurgeschiedenis was gaan studeren, met als specialisatie het Midden-Oosten.

In een winkeltje dat sjaals en kleden verkoopt hangt een papier waarop staat: 'Beter dan de Bijenkorf, maar goedkoper dan de Hema. Echt waar!' Ik loop desalniettemin door, daar ik reeds het slachtoffer ben geworden van de meedogenloze verkooptechnieken van een Armeense handelaar in Damascus en mij zodoende geen verdere grote uitgaven kan veroorloven. Het slagersdeel van de souq is niet geheel geschikt voor supermarktverslaafde westerlingen met zwakke magen: naast complete koeien- en schapenkarkassen staan emmers vol darmen en liggen de koppen, levers, magen en testikels van de arme beesten uitgestald. Om me heen hoor ik het luide geroffel van meerdere hakmessen die tegelijkertijd hun werk doen. Ik loop door naar het kruidengedeelte, dat kruidiger ruikt dan welke kruidenmarkt ook. Intense vleugen nootmuskaat en komijn en saffraan en allerlei onbekende mysterieuze oosterse kruiden en specerijen vullen mijn neusgaten.

Een jong, vriendelijk echtpaar uit Nagoya heeft zijn werk opgezegd en is nu een jaar lang op reis. Het feit dat geen van beiden Engels spreekt bemoeilijkt hun reis enigszins. Wanneer ik vertel dat ik mij bezig ga houden met de bestudering van Japanse religie kijkt de vrouw me ietwat medelijdend aan, waarop ze me voorzichtig op de hoogte brengt van het feit dat er in Japan eigenlijk geen religie meer is. Ik vraag of haar familie een boeddhistisch altaar in huis heeft, of ze wel eens gaat bidden in een tempel en of ze een o-mamori bij zich draagt - het antwoord op alle vragen is instemmend. Als ik vervolgens zeg dat religieuze elementen dus wel degelijk een rol spelen in de Japanse samenleving, knikt ze overtuigd. Dan geeft ze me een o-mamori voor veilig reizen - ze had er voor de zekerheid eentje extra meegenomen. Haar man geeft me een glimmend, gelukbrengend 5 yen muntje. Voor een behouden terugreis.

Als ik de Grote Moskee wil betreden moet ik entreegeld betalen. Ik dacht dat de islam een universalistische religie was, maar de realiteit is even anders: zodra men mijn blonde kop ziet gaat men er automatisch van uit dat ik geen moslim ben, en moet ik lappen. Ik vraag me af hoe het is om als westerse bekeerling door het Midden-Oosten te reizen, en aan elke wantrouwige kaartjesverkoper te moeten uitleggen dat je toch echt moslim bent - weinig bemoedigend, vermoed ik. Uberhaupt stoort het me dat ik als niet-moslim moet betalen - is mijn gebed hier minder waard dan dat van mijn buurman? Waarin verschilt mijn kwartiertje stilte van dat van hem? Stel het je eens voor, dat voortaan de beroemde Europese kathedralen entreegeld zouden heffen voor niet-katholieken, terwijl de katholieken gratis naar binnen mochten - de beschuldigingen van discriminatie zouden niet van de lucht zijn, en uiteindelijk zou het een of andere Europese Hof de praktijk verwerpen. Maar hier mag men rustig discrimineren.

Een charismatisch prediker houdt een verhaal dat ik helaas niet kan verstaan. Mannen van alle leeftijden zitten met open mond te luisteren, hun handen in lichte extase opgeheven. Als het verhaal voorbij is deelt een meneer aan alle aanwezigen smakelijke chocoladesnoepjes uit. Ik krijg er ook eentje.

De laatste dag in Syrie is aangebroken. Morgen vertrekt mijn trein naar Istanbul.

1 comment:

  1. Eerdere reacties:


    Rachelle, 7 augustus 2007

    Aike dear, wat een prachtig stuk weer! En wat zijn Japanners op reis toch leuk he, bijna leuker dan Japanners in Japan Wink En die Hema/Bijenkorf kreet had ik nog nooit gehoord, hihi..

    Groeten uit de Leidsche UB! xchelle


    Mirjam, 10 augustus 2007

    wat schrijf je leuk!


    Agnoek, 15 augustus 2007

    Hey Aike,

    Alles goed daar? En heb ik het goed begrepen dat je ook naar Londen kunt gaan?
    Ik kijk uit naar een volgende stukje!

    Agnoek


    Jan Cees, 17 augustus 2007

    Je schrijft leuk maar waarom maak je geen foto's?

    ReplyDelete